Al een tijdje worden elektronische sigaretten, ook wel vape-sigaretten genoemd, gezien als een minder schadelijk alternatief voor echte sigaretten. Wetenschappers en medische hulpverleners proberen echter nog steeds de gevolgen van elektronische sigaretten voor gebruikers en hun omgeving te begrijpen. Er blijven dan ook veel vragen opkomen omtrent het gebruik.
Een verandering van richting
Nadat de eerste E-sigaretten in 2004 op de Chinese markt kwamen, was het slechts een kwestie van tijd tot het de wereldmarkt aantrok. Uiteindelijk resulteert de groei van de miljoenen dagelijkse gebruikersindustrie in meer dan $ 7 miljard winst per jaar. Dit betekent dat achter de zeer lucratieve industrie een enorm mechanisme schuilgaat waarin reclame en aanbevelingen slechts het topje van de ijsberg zijn die de winst voortdurend helpen groeien. Advertenties herinneren ons er continu aan dat er eindelijk een vervanging is voor de gewoonte die kanker, luchtwegaandoeningen en vele andere dodelijke ziektes veroorzaakt. Maar als u de dichtstbijzijnde medische kliniek gaat of een huisarts bezoekt, is en blijft het antwoord en advies altijd hetzelfde – hoe ze ook worden genoemd, het zijn nog steeds sigaretten.
Gezondheid versus reclame professionals
Langdurige rokers en mensen die vastbesloten zijn om te stoppen met de slechte gewoonte, hebben iets meer nodig dan alleen het voor de hand liggende te zeggen. Toch is de aantrekkelijkheid voor het gebruik van E-sigaretten duidelijk – het helpt bij het verminderen of stoppen met roken, vapen wordt verondersteld gezonder te zijn dan roken, E-sigaretten zijn geurvrij en in de meeste gevallen goedkoper. Bovendien concentreren alle marketingcampagnes zich uitsluitend op het benadrukken van deze functies en gebruikers melden gevoelens van een betere gezondheid. Maar is er iets dat we missen en wat zijn de feiten?
Terwijl in het Verenigd Koninkrijk veel huisartsen en medische centra E-sigaretten rangschikken als de derde beste optie als het gaat om het vinden van een alternatief bij stoppen met roken, zijn hun collega’s in de Verenigde Staten nog steeds sceptisch en kiezen ze ervoor om af te wijken van aanbevelingen. Omdat E-sigaretten nog maar op de markt zijn sinds 2006 is het niet mogelijk om gebruikers voldoende informatie te verstrekken over de gezondheidsrisico’s van de producten. De redenen hiervoor zijn talrijk: E-sigaretten verbranden geen tabak; in plaats daarvan hebben ze patronen gevuld met nicotine en andere chemicaliën zoals propyleenglycol, glycerol, nicotine en een verscheidenheid aan aromastoffen. Uw huisarts zou u graag op de hoogte zou stellen van deze chemicaliën die veranderen in een damp die een persoon inhaleert. Geen van deze stoffen klinkt aantrekkelijk en bovendien tonen meerdere onderzoeken aan dat het echte gevaar ligt in de manier waarop deze verbindingen reageren en veranderen bij verhitting.
Nog steeds onontgonnen terrein
Experts van vele medische klinieken en wetenschappers over de hele wereld, evenals de Nederlandse onderzoekers van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) kwamen tot de conclusie, na geavanceerde meetsystemen, dat de geproduceerde stoffen zowel formaldehyde als formaldehyde afgevende middelen waren. Dit zijn bekende carcinogenen. Een onderzoek naar het risico op kanker concludeerde dat het risico door het roken van e-sigaret-toxine 15 keer hoger zou kunnen zijn dan het roken van traditionele sigaretten. Hoewel al deze gegevens nog steeds nieuw zijn, ook voor medische professionals en gezondheidszorgdeskundigen, is het verstandig om afstand te houden van deze producten totdat ze onschadelijk zijn gebleken.